In China reden voor het eerst dit jaar beide McLaren-Honda’s de race uit. De Japanse motorleverancier neemt geen genoegen met dat wapenfeit, en schroeft het vermogen van haar krachtbronnen in Bahrein verder omhoog.

Nu afgelopen weekend duidelijk is geworden dat de betrouwbaarheid van de Honda’s flink is verbeterd, is de tijd volgens McLaren-teambaas Eric Boullier rijp voor die stap. “China was een mooie prestatie”, zegt de Fransman. “We weten wat we nog uit deze motor kunnen halen. In Bahrein kunnen we de vermogenskraan dus weer verder opendraaien.”

Daar houdt het volgens Boullier niet op: in Spanje ligt er een geüpdatete Honda achterin de McLarens, en zijn de zilveren auto’s bovendien voorzien van een herzien aerodynamisch pakket. “We blijven elke race verbeteren”, verzekert Boullier. “We willen voor het Europese seizoen een sprong voorwaarts maken.”

Het doel dat McLaren zich voor ogen houdt, is simpel: “Tegen het einde van het seizoen moeten we competitief zijn”, aldus Boullier. De McLaren-baas wil daarvoor geen vaste deadlines stellen, maar blijft erbij dat de doelstelling realistisch is. “We blijven zeggen dat er veel potentie in de motor zit. Het is misschien een ambitieus streven, maar als je Mercedes wilt verslaan moet je beter zijn dan zij.”

Alonso ‘geniet van het proces’

McLaren-coureur Fernando Alonso finishte zondag voor het eerst dit seizoen, maar deed dat ver buiten de punten. Dat het begin van het nieuwe partnerschap tussen zijn team en Honda erg moeizaam is, deert de Spanjaard weinig. “Ik geniet van het hele proces”, vertelt Alonso. “Ik praat met het team over de vooruitgang die we maken. In Australië lagen we 4,5 seconden achter, en in China nog maar 2,5.”

Bij zijn vorige werkgever Ferrari had Alonso het zelfs moeilijker, bekent hij: “Het was bij Ferrari frustrerender, omdat we telkens naast het kampioenschap grepen.” Zin om voor zijn pensioen nog een paar keer tweede te worden had de coureur uit Oviedo niet, en daarom ging hij de uitdaging bij McLaren-Honda aan, zo vertelt hij.

“Ik zit nu in een nieuw project, waarin we wat moois proberen op te bouwen”, legt Alonso uit. “Over een paar maanden zullen we elkaar aankijken, en trots op elkaar zijn. Daarvoor ben ik hier. Helaas zitten we nu nog niet op het gewenste niveau, maar dat zal vast snel veranderen.”