Met zijn vertrek in 2002 werd Räikkönen ook meteen onsterfelijk in het Zwitserse Hinwil waar Sauber kantoor houdt. “Bij Sauber had ik een contract voor drie jaar, maar er deden zich opties voor, waaronder McLaren. Het was niet dat ik per se weg wilde en Sauber had me graag behouden, maar dit leverde voordelen op voor beide partijen. Ze kregen veel geld van McLaren, waar ze een windtunnel van konden bouwen.” En wie weet pakt Räikkönen nog weleens zijn meest gebruikte vervoersmiddel, de fiets. “Ik heb één Ferrari en die gebruik ik ook, maar niet vaak. Meestal rij ik in mijn Jeep, vooral naar het vliegveld en terug. In mijn woonplaats doe ik bijna alles op de fiets. Dat is de snelste manier. Ik ben niet meer zo autogericht.” Alles draait om racen
Dat de pr-verplichtingen in tegenstelling tot bij Ferrari bij de Zwitsers fors minder zijn, zal in huize Räikkönen ook met gejuich zijn ontvangen. “Het zal meer om het racen draaien. Zo zou het mijns inziens ook moeten zijn. Natuurlijk begrijp ik dat er meer bij komt kijken, maar dat is niet altijd prettig (…) Er is veel aandacht voor Ferrari, ook in de media. Er wordt veel gezegd en geschreven, hoofdzakelijk geruchten.” In de nieuwste editie van FORMULE 1, nr. 17, lees je een uitgebreid interview met Kimi Räikkönen over zijn boodschappen op de boordradio, de magie van Ferrari en het vaderschap. Formule 1 nr. 17 is te koop in de winkel of hier te bestellen.