Het zat de coureurs van Lotus niet mee op de eerste dag van het Grand Prix-weekend in Mexico. Vooral Romain Grosjean kreeg het voor de kiezen: in zijn enige training ging zijn versnellingsbak stuk.

Grosjean moest, zoals dit seizoen meestal het geval is, zijn auto tijdens de eerste training afstaan aan Jolyon Palmer, die pas na een half uur de baan opging. Dat gold trouwens ook voor Pastor Maldonado, die net als zijn aanstaande teamgenoot – Palmer mag volgend seizoen aantreden als racecoureur van Lotus – wachtte totdat de baan wat opdroogde. Geen man overboord voor de naar Haas F1 vertrekkende Grosjean, maar dan moet het in de tweede sessie wel allemaal volgens plan gaan. En dat gebeurde niet.

“Het is enorm frustrerend om halverwege de sessie te moeten stoppen, vooral als het je enige training is”, moppert Grosjean. Na 26 rondjes ging de versnellingsbak in de Lotus kapot, waar Grosjean zichtbaar de pest in had. “Maar goed, we gaan het repareren en dan is er morgen nog een derde training om de boel op orde te krijgen voor de kwalificatie.”

Daar valt voor Lotus nog wel wat werk te verzetten, want ook Pastor Maldonado, die wel gevrijwaard bleef van technische problemen, kwam niet echt uit de verf op het Autodromo Hermanos Rodriguez. De Venezolaan eindigde de eerste training als dertiende en deed het ’s middags met de twaalfde plaats iets beter. En dat terwijl de Mercedes-motor achterin de Lotus op het circuit met een bijna anderhalve kilometer lang recht eind toch beter tot zijn recht zou moeten komen.

“De rembalans was niet helemaal goed”, zegt Maldonado die dat illustreerde door een paar keer rechtdoor te schieten. Hij was bepaald niet de enige die dat deed. “De baan was enorm glad, maar wel leuk om te rijden.”