Mensenrechtenorganisaties uit Bahrein roepen de Formule 1-teams op om de Grote Prijs van Bahrein te boycotten. Volgens de organisaties wil de overheid van Bahrein de race namelijk ‘misbruiken’ om aan te tonen dat alles goed is in het land, hetgeen de mensenrechtenorganisaties bestrijden.

 

Het Bahrain Center for Human Rights roept de renstallen via ArabianBusiness.com en de eigen website BahrainRights.org op om niet mee te doen aan de race in de golfstaat, die voor 20 t/m 22 april op de Formule 1-kalender staat.

 

De Grand Prix in het koninkrijk ging afgelopen seizoen niet door vanwege de onrust in het land. Demonstranten protesteren sinds februari van vorig jaar openlijk om meer vrijheid en rechten. De regering trad toen hard op tegen de demonstranten, door de opstand neer te laten slaan. Daarna bleef het lang onrustig in het land, maar volgens de machthebbers is de rust inmiddels weergekeerd en gaat het – hoewel er een onafhankelijk onderzoek is ingesteld naar de redenen achter de opstand en de manier waarop de overheid hierop reageerde – weer prima, hetgeen de oppositie weerspreekt.

 

Dat de Grand Prix voor 2012 ondanks de onduidelijk situatie in Bahrein weer op de kalender staat, is een beslissing van Bernie Ecclestone die is goedgekeurd door de FIA, maar zowel Ecclestone als de autosportbond op veel kritiek is komen te staan.

 

Een vaak gehoord kritiekpunt is dat de Formule 1 gebruikt wordt om het te doen lijken alsof alles weer wel is in Bahrein en het land weer is overgegaan tot de orde van de dag. Najeeb Rajab, de vice-president van het Bahrain Center for Human Rights, draagt dit argument eveneens aan bij zijn oproep tot een boycot: “De overheid wil de rest van de wereld doen geloven dat alles weer normaal is en wil de Grand Prix daarvoor gebruiken. Als de Formule 1 hiernaartoe komt, dan helpen ze dus om die boodschap uit te dragen.”

 

“Wij zouden daarom graag zien dat de Formule 1 Bahrein niet aandoet. Ik weet zeker dat de teams en coureurs mensenrechten op waarde schatten, en wij gaan dan ook onze best doen ze over te halen om de race te boycotten.”

 

Mariwan Hama-Saeed van de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch sluit zich aan bij de oproep van Rajab: “De FIA moet in overweging nemen dat de mensenrechten in Bahrein zeer ernstig zijn geschonden en dit nog altijd gaande is, net zoals de mensen die om democratisering roepen nog immer onderdrukt worden”, vindt hij. “De politieke situatie in Bahrein is zeer instabiel door de grote verdeeldheid en er bestaan grote twijfels of de overheid om de voorgestelde hervormingen wel door wil zetten.”

 

Een woordvoerder van de race-organisatie heeft tegenover Autosport daarentegen verklaard dat het bestuur van de oliestaat hard haar best doet om het land te hervormen: “De koning van Bahrein heeft vorig jaar opdracht gegeven tot een onderzoek naar de misstanden en de vermeende schending van de mensenrechten. Het rapport hierover is in november gepubliceerd en daaruit blijkt inderdaad dat de mensenrechten geschonden zijn”, zegt hij allereerst.

 

“Dit onafhankelijke rapport was een ware mijlpaal voor Bahrein en aan de hand van de aanbevelingen erin worden er nu stappen ondernomen en dat gebeurt op snelle en doortastende wijze”, stelt de woordvoerder, die verder benadrukt dat de Grand Prix economisch belangrijk is en er onder de Bahreini een groot draagvlak voor de race bestaat: “De Grand Prix vormt een fundamenteel onderdeel van onze economie, wordt door het overgrote deel van de bevolking gesteund en is een symbool van onze nationale eenheid”, drukt hij dit in kleurrijke taal uit. “We gaan hard aan het werk om ervoor te zorgen dat de race een succes wordt.”