De terugkeer van een bandenoorlog zou niet goed zijn voor de sport. Dat stelt tenminste Paul Hembery, de motorsport directeur van Pirelli.

Volgens Hembery zal de Formule 1 er minder spannend door worden. “Maar”, erkent hij, “De beslissing is niet aan ons. Wij werken voor de sport en als de sport besluit opnieuw een bandenoorlog te ontketenen, is dat hun beslissing. Het is dan aan ons om te beslissen of wij één van die leveranciers willen blijven. Vooralsnog zitten er weinig team te wachten op een hernieuwde bandenoorlog.”

In 2006 was er voor het laatst spaken van een dergelijke oorlog. Michelin besloot zich na dat seizoen uit de sport terug te trekken, waardoor Bridgestone weer het enige merk was. Pirelli nam in 2011 het stokje over van het Japanse merk.

De motorsport directeur van Pirelli denkt dat het publiek in ieder geval geen trek heeft in een bandenoorlog. Daarnaast zouden de kosten volgens hem dan opnieuw de pan uit rijzen. “We zullen eerst moeten kijken wat de regels inhouden. Als het betekent dat we honderd miljoen moeten uitgeven om een halve seconde winst te boeken, dan is het dat niet waard. Je kan immers nooit nagaan of die halve seconde hem in de banden zit, of simpelweg in het team.”

Hembery benadrukt ook dat door een bandenoorlog de veiligheid van de sport in het geding kan komen. “Kijk maar naar de grote prijs van Indianapolis in 2005. Er gingen maar drie teams van start, omdat Michelin de veiligheid van hun banden niet kon garanderen. Een herhaling van een dergelijk incident is dan niet alleen schadelijk voor het bandenmerk, maar net zo zeer voor de sport”, besluit Hembery.