Ferrari-coureur Kimi Räikkönen vindt racen op ouderwetse circuits een stuk leuker dan op de moderne door Hermann Tilke ontworpen banen.

Dat vertelt de wereldkampioen van 2007 aan het Finse Turun Sanomat. “Ik vind de oude circuits leuker, want de nieuwe banen zijn bijna allemaal ontworpen door dezelfde man, Hermann Tilke. Ik zeg niet dat dit slechte circuits zijn, maar ze lijken wel allemaal op elkaar.”

“Racen op oude circuits voelt gewoon beter”, vervolgt de 36-jarige Fin, die in 2001 zijn Formule 1-debuut maakte en vooral het sindsdien wegvallen van Imola en Magny-Cours betreurt, net als het ogenschijnlijke verdwijnen van de Nürburgring: “Magny-Cours was echt een ander type circuit, heel anders dan de rest. Imola was daarbij erg uitdagend en simpelweg top, met een geweldige atmosfeer, net als de Nürburgring.”

Veel van de nieuwe circuits missen een soortgelijke sfeer volgens Räikkönen, terwijl ze in zijn ogen ook maar weinig karakter hebben. “Alle nieuwe banen zien er hetzelfde uit en liggen in the middle of nowhere. Er staan geen bomen of wat dan ook rond deze circuits, waardoor er niks van het landschap te zien is. De circuits zelf zijn allemaal natuurlijk net wat anders, met net wat andere bochten, maar het zijn wel allemaal typische Tilke-bochten. Als we naar een nieuw circuit gaan, weten we vooraf dus precies wat we kunnen verwachten.”

De enige Tilke-baan waar Räikkönen echt over te spreken was, is het inmiddels niet meer in gebruik zijnde Istanbul Park Circuit waar de na 2011 van de kalender verdwenen Turkse Grand Prix werd gehouden. Een baan die de Ferrari-coureur daarentegen totaal niet zinde, was die in Zuid-Korea. Wat ondanks zijn kritiek op de Tilke-circuits volgens Räikkönen wel positief is, is dat de werkzaamheden van de huisarchitect van de Formule 1 er voor hebben gezorgd dat de Formule 1 weer Grands Prix heeft in Mexico en de Verenigde Staten van Amerika.