Michael Schumacher toont begrip voor de tactiek die Ferrari tijdens de Duitse Grand Prix toepaste. “Het draait maar om één ding: wereldkampioen worden.”

Fernando Alonso staat er iets over de helft van het seizoen in het WK een stuk beter voor dan Felipe Massa. Beiden hebben races met pech gekend, maar Alonso staat ruim voor Massa. Het verschil was voor de Grand Prix van Duitsland 31 punten. Na de finish van de omstreden race zijn dat er 38.

“Ik kreeg via de schermen naast het circuit mee dat Massa aan de leiding lag. Dat vond ik leuk, het is tenslotte een vriend van me. Toen ik hoorde dat Alonso de race toch had gewonnen, vroeg ik me af wat er was gebeurd”, reageert Schumacher.

“Ik was in het verleden betrokken bij dit soort situaties en toen kwam ik ook onder vuur te liggen. Daar heb ik alle begrip voor, maar ik zou precies hetzelfde doen als ik in de schoenen van Ferrari stond.”

Schumacher legt uit dat het maar om één ding draait. “Waarom rijden we negentien races per jaar? Om de wereldtitel te veroveren. En er kan er maar één winnen. Wie aan het einde van het seizoen een punt tekort komt, gaat bij zichzelf te rade en niet bij journalisten of fans.”

“Ik denk dat andere renstallen in slotraces vaak hetzelfde doen. Dat zijn zeer duidelijke teamorders, maar dan wordt het geaccepteerd omdat het in de laatste races gebeurt. Dan is het ineens normaal. Maar eigenlijk maakt het niet uit of het in de eerste of laatste race gebeurt.”

Schumacher zegt met de wijsheid van nu ook dat de teamorders in zijn tijd soms wat overdreven waren. Zoals in 2002 in Oostenrijk. Hij domineerde toen het kampioenschap, maar toch moest Rubens Barrichello van Ferrari plaatsmaken.

“Men vond het onnodig en ik snap welk punt werd gemaakt. In principe accepteer, begrijp en steun ik de tactiek die nu wordt toegepast volledig. Misschien had het handiger en minder duidelijk uitgevoerd kunnen worden, maar het doel is en blijft kampioen worden.”