Daniel Ricciardo en Jean-Éric Vergne starten de Grand Prix van Bahrein respectievelijk van de dertiende en zestiende plaats. Voor beiden rijders was het naar eigen zeggen het hoogst haalbare.

“Het is jammer dat we niet zo snel zijn als vorige week in China”, sipt Ricciardo na afloop van zijn kwalificatie. “Maar als we kijken naar de teams die we eigenlijk al het hele weekend de baas zijn, doen we het helemaal niet zo slecht. We laten beide Saubers en beide Williams-coureurs achter ons. Het geeft aan waar we momenteel staan met onze auto.”

“Het wordt interessant om te zien wat de dag van morgen gaat brengen”, vervolgt de Australiër. “Met name de banden kunnen wel weer voor verrassingen gaan zorgen. Ik hoop echter dat ik mezelf opnieuw in de punten kan rijden. De onvoorspelbaarheid van de banden kan me daar wellicht bij helpen.”

Jean-Éric Vergne plaatst vooralsnog enkele vraagtekens bij zijn eigen kwalificatieverloop: “Ik reed mijn snelste ronde in Q1, nota bene op de hardste van de twee compounds. Wat ik ook probeerde, ik wist mijn tijd in Q2 niet te verbeteren, ook niet op de sneller geachte medium Pirelli-banden. Het weggedrag van mijn auto lijkt gedurende het weekend enorm zijn te veranderd.”

“Mijn tijden op de harde banden vallen eigenlijk alleszins mee. Ik denk dan ook dat we ons morgen goed kunnen laten zien. Er is echt nog wel wat mogelijk tijdens de race, al moeten we zien uit te vinden waarom het er op de medium banden nog niet uitkomt.”