In zijn nieuwste ‘Uitloopstrook’ voor FORMULE 1 neemt auteur, journalist en Formule 1-romanticus niet alleen afscheid van Fernando Alonso, maar ook alvast van Daniel Ricciardo.

Het mooiste was die uitloopronde van Fernando Alonso, geflankeerd door Sebastian Vettel en Lewis Hamilton. Zijn grootste tegenstanders, zijn plaaggeesten. De grote drie heb ik ze ooit genoemd, de (voorlopig) laatste meervoudige kampioenen in de Formule 1.

Lekker, die donuts op het rechte eind, de motoren die afslaan, coureurs die uitstappen. Grootscheeps gejuich op de tribunes. Ik kreeg zowaar een brok in mijn keel. Het was veelzeggender dan al die brave woorden die daarna gesproken werden. Alsook daarvoor.

Foto: Sutton Images.

Ik vond het allemaal wat over de top. True legend? Van mij mag het hoor, maar ik heb het nooit zo op Alonso gehad. Hij was dan wel een knokker, maar ook een zeurpiet en een stoker. Toen hij in 2007 niet kon winnen van Hamilton, duwde hij eigenhandig McLaren uit de rails. En zijn jaren bij Ferrari stonden bol van politiek gedoe.

Die derde titel is er nooit gekomen. Ja, dan was hij echt een van de allergrootsten geweest. Hij had in 2010 Vitaly Petrov doormidden moeten rijden, hier op hetzelfde circuit waar hij nu met zoveel poeha afscheid nam. Triple crown dan maar? Zou mooi zijn.
Adios Alonso.

Zoveel pijnlijker vind ik het vertrek van Daniel Ricciardo bij Red Bull. Een coureur die alles in zich heeft om wereldkampioen Formule 1 te worden, verlaat een topteam.

Foto: Sutton Images.

Hij moet een keer het nest verlaten, zegt hij. Op eigen benen staan en plezier hebben. Precies, dat laatste, daar gaat het om. Hij heeft geen trek om tweede viool te spelen achter Max. En daar heeft hij gelijk in. Je gunt Ricciardo alles, maar tegelijk weet je dat hij nooit meer een Grand Prix gaat winnen. Nooit meer, na een sprankelende zege, breed lachend champagne gaat drinken uit zijn schoen. Zelfs dat deftige prinsesje in Monaco moest eraan geloven!

Ik vraag me serieus af hoe lang hij het gaat volhouden bij Renault. Hij is niet, zoals Nico Hülkenberg, een type dat jarenlang, o zo sympathiek, grappig en verstandig, mee gaat hobbelen in de Formule 1.

Daarom voelt deze transfer eigenlijk ook als een afscheid. Het zou mij niks verbazen wanneer Ricciardo over een jaar of twee genoeg heeft van de Formule 1 en een beetje à la Juan Pablo Montoya gaat racen in NASCAR. In de sporen van zijn jeugdheld, Dale Earnhardt sr. Geen gedoe, gewoon lekker scheuren. Straight.
Cheers mate!

Meer opinie, achtergrond, reportages en interviews lees je in het nieuwe nummer van FORMULE 1, nr. 18, uiteraard voorzien van het mooiste beeld! FORMULE 1 nr. 18 ligt nu in de winkel of is hier te bestellen.