Weer verpestten koppelingsproblemen Max Verstappens race voor die goed en wel begonnen was. De Nederlander baalt flink van zijn uiteindelijke zesde plaats.

Net als in België en Italië kwam Verstappen bij de start heel langzaam van zijn plek. Nog voor de eerste bocht was hij terug gezakt van de vierde naar de achtste plek. Volgens de Red Bull-coureur lag de oorzaak opnieuw bij een niet goed werkende koppeling.

“Echt slecht”, noemt Verstappen zijn start tegenover Ziggo Sport. Hij vertelt dat het team vlak voor de start al meldde dat de koppeling niet goed zou werken. “Ik liet de koppeling los, en toen had ik opeens superveel wheelspin. Dan kan je niks doen.”

Geen zin meer
Een ogenblik later scheerde de spinnende auto van Nico Hülkenberg op millimeters voor de neus van Verstappens Red Bull langs, maar daar was de Limburger niet van onder de indruk. “Ik was meer aan het balen van hoe slecht de start was.”

Na zijn mislukte start kwam Verstappen in het eerste deel van de race vast te zitten achter de Toro Rosso van Daniil Kvyat. Het lukte hem niet snel de Rus in te halen, waarna hij besloot zijn pogingen te staken. “Ik dacht: dit heeft geen zin meer. Na twee ronden aanvallen zijn je banden op, dus ik probeerde maar zo lang mogelijk op de banden door te rijden”, zegt Verstappen.

Schrale troost
oen Verstappen later weer achter Kvyat terecht kwam, kwam hij de Toro Rosso-rijder wel voorbij, met een scherpe inhaalactie in de laatste chicane voor start-finish. “Ik moest het wel doen op een punt waar hij het niet verwachtte”, vertelt Verstappen. “Op andere stukken bereidde hij zich goed voor op mijn aanval.”

Ook Fernando Alonso viel even later ten prooi aan Verstappen, waardoor hij nog als zesde over de finish kwam. Een schrale troost, vindt Verstappen. “Gewoon balen. Het maakt niet uit dat je dan zesde bent, want het had veel beter kunnen zijn.”