Hallo redactie,
 
De een vindt Senna de beste, de ander Michael Schumacher. Zo heeft een ieder zijn idool maar kijkt meestal door die bril ook naar de prestaties van zijn favoriete rijder.
O.b.v. statistieken zou Schumacher het moeten zijn maar is er uberhaupt een objectieve afweging te maken wie nou de beste coureur is aller tijden.?


Met wisselende gedachten lees ik al een lange tijd de meest diverse inzendingen van lezers. Daarin komen vaak de voors en tegens van verschillende coureurs keer op keer aan bod. Wie de beste is, de inzendingen zijn natuurlijk heel erg gekleurd en dat is ook begrijpelijk.

Om eens en voor altijd een eind te maken aan die discussie: wie is nou de beste?

Met vr.gr.

(Een Schumacher-fan)

R.David,

Deventer

————-

Hallo,

Je bent niet de eerste die zich dit afvraagt, en zult ook niet de laatste zijn. Het is moeilijk vast te stellen of de ene coureur beter was dan de andere. Toen Michael Schumacher in 2002 zijn vijfde wereldtitel behaalde stond hij in cijfers gelijk met Juan Manuel Fangio, die in de jaren vijftig vijf keer wereldkampioen werd. Bewees Schumacher daarmee dat hij beter was dan Fangio? Niet echt: Fangio reed maar 51 Grands Prix, tegen 249 voor Schumacher. Daarvan won Fangio er 24, bijna de helft dus. Op basis van die cijfers kun je concluderen dat Fangio een betere coureur was dan Schumacher, die 91 Grands Prix won, maar het bewijst ook dat cijfers niet alles zeggen.

Kijk maar naar het lijstje met wereldkampioenen. Keke Rosberg won de titel in 1982, maar won dat jaar maar een race. In zijn hele carrière won hij er vijf. Stirling Moss won 16 Grand Prix maar werd nooit wereldkampioen. Niet zo vreemd: Moss reed Formule 1 tussen 1951 en 1961 en wie won toen meestal: precies Juan Manuel Fangio. Als die een keertje niet won dan was Moss meestal de snelste.

Het is dus moeilijk vast te stellen wie de beste coureur is. Sommige coureurs hebben een streepje voor bij de kenners omdat ze snel én spectaculair waren, zoals Ronnie Peterson. Tien overwinningen, maar nooit kampioen. Ook Francois Cevert wordt vaak genoemd als een van de snelste coureurs die de Formule 1 ooit zag. Cevert won….1 Grand Prix. Wat deze mannen gemeen hadden is dat ze niet wisten wat angst was. In bochten waar iedereen even van het gas ging hielden zij hun voet op het pedaal. Peterson overleed in 1978 in Monza na een enorme startcrash, Cevert sloeg in 1971 te pletter tegen de vangrail van Watkins Glen. Zonder angst wordt je dus geen kampioen, maar wel beroemd. En de kans dat je het kunt navertellen is ook niet zo groot.

Andersom geldt het ook: Vraag tien Formule 1-journalisten naar wie volgens hen de snelste coureur was, en de kans dat een van hen Jackie Stewart of Jack Brabham (links op de foto) noemt is nihil. Toch werden die twee samen zes keer kampioen. En snel waren ze zeker, maar Stewart en Brabham kregen zelden het publiek op de banken met duizelingwekkende inhaalacties of wiel-aan-wiel-gevechten. Maar ze leven allebei nog en dat kan van veel van hun tijdgenoten niet gezegd worden.

Het lijkt er dus op dat je vraag nooit beantwoord zal worden. Sport is geen wetenschap en dus is op basis van cijfertjes niet te zeggen wie de beste of de snelste was. Een ding kan Michael Schumacher wel claimen: hij is in elk geval de meest succésvolle Formule 1-coureur aller tijden.

Groet

Mischa Bijenhof

FORMULE1/RaceReport