Peter van Egmond is als fotograaf aanwezig geweest bij meer dan 500 F1-races en is sinds het begin van FORMULE 1 in 1994 aan het tijdschrift verbonden. Zijn archief behelst misschien wel miljoenen foto’s met even zo interessante achtergrondverhalen. Vandaag: hoe Peter in een kamertje met een teleurgestelde en diep in zichzelf gekeerde Ayrton Senna belandde: “Alles was ongemakkelijk hieraan.”

Kijk voor zijn beste foto’s in alle formaten en vormen in de online shop van Peter van Egmond

In 1993 kreeg Peter van Egmond de opdracht om grootheid Ayrton Senna een dag te volgen. In Canada volgde hij de drievoudig wereldkampioen tijdens de zaterdag in de hoop exclusief beeld te maken voor een groot interview in de Nieuwe Revue. “De verslaggever had Senna uitgebreid gesproken in diens hotel en ik kreeg die dag toegang tot de McLaren-garage om Senna te fotograferen. Voorwaarde was wel dat ik ongeveer 2 meter afstand moest houden.”

Lees ook: Door de lens van Peter: Een welgemeend ‘opzouten’ van Ayrton Senna

Het ging die dag echter allesbehalve soepel met McLaren en Senna. Het was het jaar dat McLaren met de inferieure Ford-motoren reed, Williams beschikte over de active suspension en was oppermachtig met Alain Prost als uiteindelijke kampioen. Op het Circuit Gilles Villeneuve kwam Senna niet verder dan een achtste startplaats.

Senna tijdens de mislukte kwalificatie voor de Grand Prix van Canada in 1993. Foto: Peter van Egmond.

“Hij stapte plotseling uit, sprak nog even met zijn engineer en beende weg”, herinnert Van Egmond. “Dus ik vroeg wat er aan de hand was. ‘We’re done!’, was het antwoord van een monteur. Maar ik was nog helemaal niet klaar en ben eigenlijk intuitief achter Senna aangelopen. Het circuit in Canada heeft altijd tijdelijk onderkomens voor de teams dus ik kwam in zo’n hok met dunne wandjes terecht, matig verlicht met tl-buizen.”

Senna gold destijds al als een engima die ook soms onverwachts fel uit de hoek kon komen. “Dus ik vroeg maar heel voorzichtig of het goed was dat ik foto’s nam. Hij knikte. Hij was heel ver weg in zijn gedachten. Zuchtte, steunde. Hij was niet in die kamer, ik drukte af maar het voelde gewoon heel raar. Hij aan de ene kant van de tafel, peinzend. Ik aan de andere kant met mijn camera, één op één met de grote Senna.”

Lees ook: Door de lens van Peter: Toen stilgevallen auto’s nog door fans werden teruggeduwd

“Hij zei niks, keek me niet aan. Op een gegeven moment was ik wel klaar, ik kon ook niet zo heel veel in dat hok. Het was stil, alles was ongemakkelijk. Dus ik ben maar zo geruisloos als ik kon uit die kamer gelopen, trok de deur zachtjes achter me dicht. Hij gaf geen kik. Het heeft bij elkaar tussen de 5 en 10 minuten geduurd, achteraf was dat natuurlijk wel heel bijzonder. Senna heeft van alle coureurs toch wel het meest een speciaal aura om zich heen gehad.”