Na de harde klapper van Max Verstappen op het rechte stuk in Bakoe, duurde het bijna twintig seconden voordat er met dubbele gele vlaggen werd gezwaaid en meer dan een minuut voordat de safetycar de baan op kwam. Charles Leclerc vindt de vertraging onbegrijpelijk.

“Laat de f***ing safetycar de baan op komen. Waarom wachten ze?”, zegt Leclerc over de boordradio tegen zijn team. De man die zondag van pole vertrok laat tot twee keer toe weten het echt ‘een grap’ te vinden dat het veld zo lang moet wachten op een adequate reactie van de FIA na het zware ongeluk van Verstappen. “Het gebeurde in het midden van het rechte stuk, dus het was best gevaarlijk”, zegt Leclerc na afloop van de race.

Lees ook: Racedirecteur Masi na incidenten in Bakoe: ‘Eigenlijk zou iedereen gestraft moeten worden’

Volgens Leclerc duurde het een stuk langer dan verwacht, voordat de safetycar de baan op werd gestuurd. “Ik denk dat alle coureurs wel verbaasd waren”, zegt hij. Leclerc is van plan de vertraging te bespreken op de rijdersbriefing in Frankrijk over twee weken. “Gewoon om te begrijpen waarom het langer duurde dan normaal. Dat is wel een punt dat ik ga maken.”

(Photo by Steven Tee / LAT Images)

Carlos Sainz deelt het sentiment van zijn teamgenoot bij Ferrari. “Normaal gesproken, zwaaien de marshalls bij zo een zwaar ongeluk gelijk dubbel geel en komt direct daarna een safetycar”, zegt de Spanjaard. “Ik wil weten waarom het vandaag meer dan dertig seconden tot een minuut duurde voordat we een safetycar hadden. We moesten langs een heel zwaar ongeluk rijden met alleen een gele vlag-situatie.”

Lees ook: Column Sirotkin: Over Bakoe, bandenparanoia en de buigende Bottas

Niet alleen de reactie van de FIA werd bekritiseerd, ook de reactie van verschillende coureurs. Zo klaagde McLaren bij de wedstrijdleiding dat Yuki Tsunoda, die in een gevecht verwikkeld was met Lando Norris, niet genoeg van zijn gas af ging. “Iedereen kon de crash zien. Iedereen wist dat de auto rechts langs vangrail stond”, voegt Leclerc nog toe. “Maar ik denk dat iedereen onder die omstandigheden aanzienlijk moet vertragen.”