Sergio Pérez wil van 2018 zijn beste jaar in de Formule 1 maken, en daar hoort een terugkeer naar het podium bij. De Force India-coureur verwacht echter wel dat het dringen wordt in de middenmoot.

Vorig jaar mocht Force India zich, voor het tweede seizoen op rij, best of the rest noemen als nummer vier in het WK, maar tijdens de wintertests heeft de formatie uit Silverstone nog niet echt weten te imponeren. Force India neemt echter een flinke update mee naar Australië, wat volgens Pérez sowieso altijd ‘een onvoorspelbare race’ is. “De finish halen is vaak de sleutel tot een goed resultaat.”

Finishen en slim rijden is iets waar Pérez de laatste jaren patent op lijkt te hebben. In 2016 reed hij twintig van de 21 races uit, en zestien keer in de punten. In 2017 kwam hij in achttien van de twintig Grands Prix over de streep, waarbij hij zeventien keer punten pakte. De Mexicaan is zo al twee jaar op rij als zevende in het WK geëindigd bij de coureurs, met 101 en 100 punten.

Blijft het in 2018 wel gezellig tussen Ocon en Pérez?

Pérez is er echter op gebrand zijn achtste seizoen zijn ‘beste jaar in de Formule 1’ te maken, vertelt hij. “Ik wil dus ook terug naar het podium”, verklaart de coureur die daar al zeven keer op stond, maar niet in 2017. Volgens Pérez was tijdens de wintertests te zien dat de verschillen klein zijn in de middenmoot. “Maar het verschil naar de top is, denk ik, ook kleiner. Laten we dus maar zien wat er gebeurt.”

Bij Force India heeft Pérez in 2018 wederom de hoog aangeschreven Mercedes-protegé Esteban Ocon naast zich als teamgenoot. Ocon wil dit jaar bewijzen dat hij een Mercedes-zitje voor 2019 verdient. De strijd tussen het Force India-duo was vorig jaar fel. Op de momenten dat ze elkaar tegenkwamen, leek het wel gedaan met de rust en kalmte bij Pérez. Met Pérez en Ocon die zich allebei willen laten gelden – met Pérez die op een herkansing bij een topteam hoopt – kan het wederom hard-tegen-hard gaan. Force India vertrouwt er echter op dat de twee hun lesje hebben geleerd en hun ambitie en strijd nu in goede banen kunnen leiden.