FORMULE 1 gaat nu er niet geracet wordt terug in de tijd naar een jaar waarin er wél van alles gebeurde: 2010, toen Ferrari, Red Bull én McLaren tot en met de laatste race om de titel vochten, de spanning hoog opliep en een zekere Michael Schumacher zijn comeback maakte. In deel twee: de spectaculaire Grand Prix van Australië, op een opdrogende baan.

Het zijn merkwaardige jaren geweest voor McLaren. Het al decennia zo succesvolle team wordt in 2007 bijna verscheurd door de teamstrijd tussen de duurbetaalde Fernando Alonso, die als tweevoudig kampioen is overgekomen van Renault, en nieuwkomer en toptalent Lewis Hamilton – maar natuurlijk ook vooral door het spy gate-schandaal waarin het verstrikt raakt.

In 2007 gaat Ferrari’s Kimi Räikkönen als lachende derde bovendien pijnlijk genoeg aan de haal met de titel waar Alonso en Hamilton naast grijpen. In 2008 wordt Hamilton op het nippertje kampioen, maar McLaren moet er zo hard aan trekken, dat het in 2009 met de nieuwe auto’s dat jaar op achterstand begint. Het is al vroeg een verloren jaar, waarin het bij twee zeges en de vijfde plek blijft voor Hamilton.

Het weekend in Australië was niet makkelijk voor Hamilton.

In 2010 moet het dus maar gebeuren, al staan Hamilton en McLaren onder druk staan. McLaren omdat haar langdurige partner en motorleverancier Mercedes een eigen team is begonnen, waardoor McLaren tweede keus is. Hamilton omdat hij de vrijdag voor de race in Melbourne staande wordt gehouden voor het maken van burnouts met zijn straatauto, die in beslag wordt genomen, inclusief flinke boete.

Webber en de weergoden

Hoewel Hamilton doet of de affaire hem amper raakt, stelt hij zaterdag teleur in de kwalificatie. De Brit moet zijn eerste Q2-run afbreken, rijdt daarna een prima ronde, maar kan vervolgens niet reageren als genoeg coureurs sneller gaan om hem de top tien uit te gooien. “Dat was een verrassing. Ik kon de grip gewoon niet vinden.” Teamgenoot Jenson Button doet het stilletjes stukken beter: vierde.

De gehele eerste rij is ondertussen voor Red Bull, met Sebastian Vettel voor local hero Mark Webber. Die zint natuurlijk op de zege, en hoopt op een droge zondag. “Anders wordt het hier al snel glibberen.” de weergoden geven geen gehoor aan Webbers oproep: het regent van zaterdag op zondag, en vlak voor de start valt een vers buitje.

Het betekent een natte start, intermediates zijn als gevolg voor vrijwel de hele grid in trek. Terwijl Vettel er goed op wegkomt verliest Webber een plek aan Ferrari’s Felipe Massa. Diens teamgenoot Fernando Alonso spint verder terug in het veld in de rondte en raak Mercedes’ Michael Schumacher. Na een korte safetycar-periode dienen die twee zich terug naar voren te vechten, hetgeen Hamilton dan al doet.
(tekst loopt door onder de foto)

Alonso raakt Schumacher bij zijn spin. Ze vallen allebei ver terug. Alonso wordt nog vierde, Schumacher tiende.

Glibberen en glijden

Terwijl Hamilton – zesde na de safetycar – nog op de zege mag hopen, leert hij een staande Formule 1-wijsheid: als het op wisselvallige omstandigheden aankomt, geeft Button het te volgen voorbeeld. Hamiltons McLaren-teamgenoot gaat als eerste voor slicks, in ronde zes. Het is een paar ronden glibberen en glijden, maar toch de juiste keuze.

Hoewel Button aanvankelijk terugvalt naar de negentiende plek, schuift hij als de kaarten opnieuw geschud worden door naar de tweede plaats. Als de nagenoeg onbedreigde koploper Vettel door een probleem met zijn linker voorwiel in het grind eindigt, ligt de weg naar de zege open voor Button. Hij leidt Renaults Robert Kubica, die zijn visitekaartje afgeeft, en Massa naar het podium.

Webber, Hamilton en Massa knokken er op los.

Alonso weet zijn race – en de leiding in het WK – ondertussen nog enigszins te redden door alsnog vierde te worden, pal voor Nico Rosberg. Hamilton wordt slechts zesde, door als enige van de mannen vooraan twee stops te maken. “Een fout van het team”, moppert hij, “ik reed verder namelijk één van mijn beste races ooit.” Hamilton levert inderdaad een knappe inhaalslag, maar dat mag dus niet baten.

Briljante Button

Wie niet bepaald op zijn best voor de dag komt, is Webber. Hij geeft alles, maar gaat ook een paar keer door het grind en torpedeert Hamilton in de voorlaatste ronde. Het kost Hamilton één plek, terwijl Webber naar P9 zakt. De twee punten zijn een zeer schamele oogst voor Red Bull, dat eigenlijk het snelst was. “Een zware dag”, vat Webber deze samen.

Winnaar Button heeft er ondertussen wél alles uit gehaald. Een geniale gok met de strategie, een perfect gevoel voor de omstandigheden en bandenslijtage: het is zo’n typische Button zege. De triomf van de titelverdediger is tegelijk een Kampfansage en reminder aan teamgenoot Hamilton na diens weekend: pure snelheid alleen is niet genoeg. “Om al in mijn tweede race voor McLaren te winnen, is geweldig.”

Lees hier de andere delen uit onze terugblik op 2010 terug!

Button kijkt alsof hij het zelf ook niet helemaal kan geloven.