En weer flikte Fernando Alonso het. Waar Aston Martin het hele weekend leek te worstelen met de AMR23 en Lance Stroll niet verder kwam dan de achttiende startplek, daar reed zijn Spaanse teamgenoot in de kwalificatie voor de Miami Grand Prix naar een verrassende P2.

De Spanjaard startte eerder dit jaar in Saoedi-Arabië ook al vanaf die positie, maar toen had hij zich als derde gekwalificeerd en kreeg hij de tweede startplek in de schoot geworpen omdat Charles Leclerc een gridstraf had gekregen. In Miami kreeg Alonso zaterdag opnieuw hulp van de Monegask toen die zijn Ferrari in de muur parkeerde en er zo iets eerder dan gepland een einde kwam aan de kwalificatie.

Lees ook: Kwalificatie Miami GP eindigt voortijdig door crash Leclerc: Pérez op pole, Verstappen negende

Alonso was zich er terdege van bewust dat hij zijn P2 te danken had aan de crash van Leclerc, maar de tweevoudig wereldkampioen was na afloop vooral in zijn nopjes met het werk dat zijn team de afgelopen dagen had verricht. “Ik heb van elke ronde genoten. Het was fantastisch om in deze auto te rijden.”

Bij de start van het raceweekend op het Miami International Autodrome leek het team van Aston Martin niet in staat de juiste afstellingen voor de AMR23 te kunnen vinden. Dat resulteerde in een zevende, vijfde en twaalfde tijd in de vrije trainingen, niet echt klasseringen waar we Aston Martin dit jaar verwachten. “We probeerden meerdere set-ups, maar ze werkten allemaal niet”, aldus Alonso. “Maar gelukkig kwam de auto tot leven tijdens de kwalificatie. Dus ja, ik ben extreem blij met P2 en laten we kijken wat we kunnen doen zondag.”

Of hij zondag – na drie derde en één vierde eindklassering dit seizoen – eindelijk voor de overwinning kan gaan, durfde Alonso niet te zeggen. “Met ons racetempo, zouden we normaal gesproken kans maken op het podium. Maar als de banden teveel slijten of we fouten maken dan verliezen we die mogelijkheid”, aldus de veteraan. “Ook is er kans op regen, dus er zijn veel vragen waarop we geen antwoorden hebben, maar we zouden sterk moeten zijn.”