Alpine is niet van plan om het ‘plan van honderd races’ op te geven nu Fernando Alonso en Oscar Piastri bij het team vertrekken. Alpine-CEO Laurent Rossi stelt dat het voor dat plan met name om de prestaties van de auto draait.

Alpine stelde zich vorig jaar ten doel om binnen honderd races mee te doen om de wereldtitels. Dat betekent dat de Franse renstal vanaf 2024 regelmatig naar de podiums en zeges wil meedingen. “Het is ons doel om een competitieniveau te bereiken waardoor we in 2024 zo vaak mogelijk op het podium staan”, zei Alpine-CEO Laurent Rossi destijds.

Nu ziet de situatie bij Alpine er wat minder rooskleurig uit, met het vertrek van Fernando Alonso naar Aston Martin. Daarnaast heeft reservecoureur Oscar Piastri dat zitje geweigerd en maakt hij de overstap naar McLaren, waardoor Alpine plots een leeg stoeltje heeft naast Esteban Ocon.

Lees ook: Alonso geniet van ‘overpresterend’ Alpine: ‘Vechten tegen McLaren was de droom’

Ondanks deze ontstane situatie benadrukt Rossi dat Alpine blijft vasthouden aan het plan van honderd races. “Voorlopig ontspoort het project niet omdat we [tot het einde van het jaar] met Fernando op koers blijven, dus dat is prima”, legt Rossi uit. “Ik zou stellen dat we die hobbel op de weg normaal gesproken gewoon moeten kunnen opvangen, want het belangrijkste is in dit stadium de auto.”

“Stel je voor dat je Max Verstappen in de auto van de 18e of 19e positie zet, dan betwijfel ik of hij het beter gaat doen dan misschien drie posities extra”, vervolgt Rossi. “En andersom: als je een coureur van die [18e of 19e] auto pakt en hem in de Red Bull zet, ben ik er vrij zeker van dat hij een podium en een overwinning kan pakken. Dus de auto is op dit moment nog steeds de grootste aanjager van prestaties. Op dat vlak leveren we resultaten”, stelt de Fransman.

Alpine eindigde vorig jaar vijfde bij de constructeurs en lijkt dit seizoen de vierde plek te kunnen pakken. Dat stemt Rossi positief. “We voeren de juiste veranderingen door, het team is gefocust en we hebben een duidelijk plan. Bovendien versterken we dat. Het zal dus altijd topprioriteit zijn dat de auto presteert.”