Na de uitspraken van Ferrari-voorzitter John Elkann ziet teambaas Mattia Binotto zich genoodzaakt om te benadrukken dat er geen nummer één is binnen het team. De Italiaan beklemtoont dat Ferrari beide coureurs eerlijke kansen moet geven: “In ieder geval aan het begin van het seizoen.”

Voorafgaand aan de Grand Prix van Italië benadrukte Ferrari-voorzitter John Elkann dat hij er nog steeds in gelooft dat zijn team vóór 2026 weer kan meedoen om de coureurs- en constructeurstitel. Dat moet dan gebeuren met Charles Leclerc en Carlos Sainz, al leek Elkann door te schemeren dat er een nummer één binnen het team is.

“Ik geloof dat Ferrari voor 2026 opnieuw de constructeurs- en coureurstitels zal winnen, met Charles Leclerc op pole position”, zei Elkann. “We hebben het geluk dat we twee geweldige coureurs hebben, waarschijnlijk het sterkste duo in de Formule 1.”

Lees ook: Binotto krijgt steun van Ferrari-voorzitter: ‘Maar worden nog te veel fouten gemaakt’

Ferrari-teambaas Mattia Binotto ziet zich na die uitspraken van Elkann genoodzaakt om te benadrukken dat er geen sprake is van een nummer één binnen het team. “Nee, dat is niet wat het betekent”, legt Binotto uit aan Motorsport-Total.com. “Ik denk dat onze voorzitter het zo bedoelde: als we naar het huidige seizoen kijken, was Charles gemiddeld sneller dan Carlos, en hij stond ook vaker op pole. Maar het doel is om het wereldkampioenschap te winnen, en dat geldt voor beide coureurs.”

“Ik denk dat Carlos een sterke coureur is”, voegt Binotto toe. “Dat heeft hij vorig jaar en in vorige seizoenen bewezen, en dat bewijst hij dit seizoen opnieuw. Hij scoort altijd veel punten op zondag, hij leert en is ook snel. Het is dus eerlijk voor ons als team om beide rijders gelijke kansen te geven, in ieder geval aan het begin van het seizoen.”