Dat Ferrari zelf en alle klantenteams niet vooruit te branden waren vorig jaar is een bekend verhaal. De Scuderia zelf is voor 2021 in ieder geval een stuk positiever gestemd. “Het mag duidelijk zijn dat een seizoen als vorig jaar pijnlijk was, dat moet echt beter”, zei Mattia Binotto vandaag tijdens de teampresentatie. Maar: ‘Zo’n groot gat dicht je ook niet in één winter.’

Het event was door Ferrari georganiseerd om zich als team virtueel te presenteren aan de wereld, de auto kregen we nog niet te zien vandaag. Dat wordt voor 10 maart bewaard. Maar de stemming was al opperbest na de afgang van 2020, toen bleek de SF1000 te weinig vermogen te hebben en veel te veel drag waardoor het op de rechte stukken zwaar tekort kwam. Een erfenis van Ferrari-gate waarna het team werd gekort in pk’s.

Lees ook: Ferrari-president Elkann: ‘Mooi verleden geen garantie voor het heden of de toekomst’

Maar dit jaar zouden coureurs Charles Leclerc en Carlos Sainz niet meer hoeven te vrezen voor Alfa Romeo of Haas. “De snelheid op de rechte stukken was het grootste probleem”, zei Binotto. “Dat lag niet alleen aan de krachtbron, ook de aerodynamica was niet op orde. We hebben aan beiden hard gewerkt om het te verbeteren. Kijkend naar onze simulaties, gebaseerd op de resultaten van de testbank en de tests in de windtunnel, dan denk ik dat we veel van onze snelheid hebben teruggewonnen. Dat zal niet meer zo’n issue zijn zoals het was.”

Dat is in ieder geval één belofte waar Binotto op af gerekend kan worden. Op de vraag of hij een target had gekregen van hogerop voor 2021 en of hij daar op afgerekend zal worden, antwoordde hij enigszins ontwijkend. “We moeten vooruit, we kunnen nog niet zo’n teleurstellend resultaat meemaken. We hopen weer competitief te zijn maar dat weten we pas in Bahrein. Dat hangt ook weer van de concurrentie af, maar we geloven dat onze auto efficiënter zal zijn.”

Lees ook: Ferrari herstructureert organisatie technische afdeling