Aan de vooravond van het Formule 2-seizoen spreekt Nyck de Vries zijn verwachtingen uit voor het nieuwe jaar. De jonge Fries mikt op de titel in de Formule 2 als springplank naar de Formule 1, vertelt hij in het Friesch Dagblad. “Als je het geloof niet hebt, kun je er beter mee stoppen.”

De Vries’ tweede jaar in de Formule 2 was er een van pieken en dalen. Met Prema sloot hij het seizoen 2018 af als vierde, achter Alex Albon, Lando Norris en George Russell, die allemaal naar de Formule 1 promoveerden. Voor De Vries zat die promotie er niet in. In 2019 rijdt hij daarom weer Formule 2, ditmaal met ART, het team waarmee Russell kampioen werd. “Het doel is om als kampioen gekroond te worden”, sprak De Vries al eerder.

Lees ook – De Vries tekent bij ART voor nieuw seizoen Formule 2: ‘Titel het doel’

Hij weet immers dat een Formule 2-titel de ultieme springplank naar de Formule 1 is. Garanties zijn er nooit, maar “de laatste zeven kampioenen zijn allemaal gepromoveerd naar de Formule 1”, zegt De Vries, die bovendien denkt dat hij qua niveau gewoon kan meedraaien in de Formule 1.

“Ik wil helemaal niet arrogant overkomen, maar Norris en Albon waren in mijn ogen echt niet beter dan ik”, vertelt hij in een interview met het Friesch Dagblad. “Norris won [afgelopen seizoen] maar één race, Albon won er vier en ik won er drie. Maar dat is geweest.” Ook in de eindstand waren de verschillen klein: De Vries scoorde 202 punten, Albon 212 en Norris 219.

Lees ook – Nyck de Vries: ‘Ik dé F2-favoriet in 2019? Ik heb wel geleerd niet op dingen vooruit te lopen’

Echter halen zij de Formule 1 in 2019 wel, bij respectievelijk Toro Rosso en McLaren, terwijl De Vries buiten de boot valt. “Met zo’n zeventig procent van de huidige F1-grid ben ik opgegroeid. Natuurlijk is het wel eens frustrerend om te zien dat zij er nu wel zijn en ik niet, maar iedereen bewandelt zo zijn eigen pad, voor de een gaat het wat makkelijker dan de ander.”

De Vries, die volgende week 24 wordt, blijft in 2019 in ieder geval verbonden aan een Formule 1-team als simulatorcoureur bij McLaren. Hij heeft zijn Formule 1-droom dan ook nog niet opgegeven. “Dat het nog niet is gelukt, gaat absoluut niet ten koste van mijn geloof in mijn kansen in de Formule 1. Als je dat geloof niet hebt, kun je er beter mee stoppen.”