Het is noodzakelijk voor de toekomst van de Formule 1 dat er een goedkoper en simpeler alternatief komt voor de huidige V6-turbokrachtbronnen. Dat stelt Formule 1-exploitant Bernie Ecclestone.

In interview met die Welt verklaart Ecclestone dat de huidige dominantie van Mercedes ‘niet goed voor de sport’ en saai is: “Omdat Mercedes de races niet spannend maakt.” Wat de situatie verergert, meent de Brit, is dat de huidige motorsituatie een te grote invloed op de sport heeft.

“De techniek speelt nu een te grote rol en de Formule 1 gaat daar aan ten onder, want we zijn van het publiek afhankelijk en het grote publiek geeft juist niets om de motoren en bijbehorende technologie. Ze willen gewoon spannende races zien, met veel verschillende winnaars.”

“Dat moeten we bieden, wat betekent dat we er middels het technisch reglement voor moeten zorgen dat fans niet voor de start van een race al weten wie er wint. Op het moment is dat ons probleem”, meent Ecclestone, die denkt dat ‘veel fans na de start de TV uitzetten’ omdat Mercedes toch wel wint.

Om dat te veranderen en ‘de Formule 1 in leven te houden’, zijn motoren nodig die meer vermogen leveren, goedkoper zijn en door een onafhankelijke fabrikant geconstrueerd worden, stelt Ecclestone. Wat hij echter ook benadrukt, is dat hij de huidige motoren en leveranciers niet uit wil bannen.

“In tegendeel zelfs”, zegt hij. “We willen de grote autofabrikanten in de sport houden. Wat we daarnaast echter willen is een sterke motor die voor ieder team beschikbaar is, zodat we het veld dichter bij elkaar kunnen brengen”, vertelt de commerciële uitbater van de Formule 1.

Ecclestone probeerde de goedkope standaardmotor er eerder samen met FIA-president Jean Todt door te krijgen, maar hun voorstel werd afgeschoten. De motorleveranciers – Mercedes, Ferrari, Renault en Honda – moeten nu dus zelf met oplossingen komen en hebben daar tot medio januari de tijd voor.

De huidige leveranciers moeten een plan opstellen dat voldoet aan de behoefte voor een lagere prijs voor motoren, een beter geluid, minder complexe technologie en (wellicht) een minimum aantal teams om aan te leveren. Dit ook om de macht van motorfabrikanten met fabrieksteams in te perken.

Volgt er geen geschikt voorstel, dan kan de FIA volgens Ecclestone drastische stappen zetten. Zoals het introduceren van een nieuwe, simpelere motorformule. “Dat is zeker niet uitgesloten”, waarschuwt hij. “Deze discussies zijn in volle gang en de regels gaan, denk ik, zeker veranderen.”

Ecclestone – die onlangs met Todt een mandaat van de FIA kreeg om belangrijke kwesties in de sport op te lossen – staat open voor gesprekken met de fabrikanten, maar heeft één duidelijk einddoel: “Als we zo verder gaan, gaat de sport kapot, maar dat laat ik niet gebeuren.”