De Formule 1 viert dit weekend haar duizendste Grand Prix. Voor Bernd Mayländer, de vaste bestuurder van de safety car, wordt het zijn 350ste Grote Prijs. “Voor mij persoonlijk waren Fuji 2007 en Montréal 2011 geweldige ervaringen. Knotsgekke races waarin ik veel te doen had.”

Bernd Mayländer blikt met Auto Motor und Sport terug op zijn tijd als bestuurder van de safety car. “Er is wat verwarring. Tijdens de GP van Canada 1973 werd de pace car ingevoerd, de safety car is pas in 1993 geïntroduceerd.” Sinds 2000 zit Mayländer achter het stuur van die safety car. “Maar drie races heb ik sindsdien gemist.”

Foto: Motorsport Images

Lees ook: Flashback ’11: Toen iedereen Hamilton een brokkenpiloot vond en Vettel de grote winnaar was

Mayländer beleeft de races vanop de eerst rij. “Mijn bijrijder en ik staan ​​aan het einde van de pitlane en volgen de race via een monitor. (…) We hebben zicht op verschillende zaken. Livebeeld, on board camera’s, tijdmonitors, de posities van de bolides. Er is zelfs een indicator voor G-krachten bij een ongeval, zoals in de medische wagen.”

Tijdens een safety car-fase horen we vaak coureurs klagen dat het tempo te laag ligt. Daar heeft Mayländer zijn eigen kijk op. “Grappig genoeg klagen de mannen die op kop rijden het vaakst. Een safety car moet langzaam zijn. Vandaar dat het een safety car heet. Als ik op volle snelheid rij, ben ik gemiddeld maar acht seconden trager dan een Formule 1-auto.”

(tekst loopt door onder foto)

Foto: Motorsport Images

Formule 1-coureurs spreken de Duitser geregeld aan over het ‘probleem’. “Wanneer we elkaar op het vliegveld tegenkomen, hebben we het er vaak over. Vettel bedankte me al een paar keer voor de manier waarop ik rij, omdat de Ferrari niet zo kwetsbaar is voor de bandentemperaturen.”

Bij de vraag welke races hem het meest zijn bijgebleven, denkt Mayländer in eerste instantie aan slechte herinneringen. “Slechte momenten waren Monza 2000, toen een brandweerman stierf. Of Australië 2001, toen een marshall het leven liet, en meer recent de GP van Japan in 2014 met de dood van Jules Bianchi.” Natuurlijk heeft de safety car-bestuurder ook positieve herinneringen. “Voor mij persoonlijk zijn Fuji 2007 en Montréal 2011 geweldige herinneringen. Knotsgekke races waarin ik veel te doen had.”

Lees ook: Roger Benoit, veteraan in de paddock: ‘Met een jongen als Senna kon je over alles praten’