Sebastian Vettel is het niet eens met zijn tijdstraf voor het negeren van de blauwe vlaggen in de Grand Prix van Nederland. Hij benadrukt dat hij niet zomaar aan de kant kon gaan en dat het ‘niet eens een halve ronde’ duurde voordat dat alsnog gebeurde.

Vettel kwam amper in beeld in de Grand Prix van Nederland, totdat hij plots na een pitstop voor Lewis Hamilton en Sergio Pérez de baan op kwam. Hij zag vervolgens geen kans om tussen de Hugenholtzbocht en Scheivlak – en krap en snel deel van de baan – om aan de kant te gaan, maar ging daarna wel direct van zijn gas.

Dat was voor de stewards echter niet goed genoeg. Vettel kreeg een tijdstraf van vijf seconden voor het negeren van de blauwe vlag, maar daar was hij het duidelijk niet mee eens. “Ik bedoel, het duurde niet eens een halve ronde voordat ik aan de kant ging”, legt Vettel uit. “Ik kan natuurlijk niet in het niets verdwijnen. Ik heb er een andere mening over, maar dat doet er niet toe”, baalt hij duidelijk van de tijdstraf die hij kreeg.

Lees ook: Horner: ‘Vettel neemt op het juiste moment afscheid van Formule 1’

Het was voor Vettel in ieder geval een weekend om te vergeten. “We hadden geen geweldige pace”, blikt de Duitser terug. “Maar we hadden waarschijnlijk een beter resultaat kunnen behalen als we niet zo ver achteraan waren gestart. We maakten een vroege pitstop om voor de undercut te gaan op de coureurs voor ons.”

“Die strategie had gewerkt als die eerste pitstop niet zo langzaam was geweest. Ik verloor tijd op (Guanyu, red.) Zhou, Pierre (Gasly, red.), Alex (Albon, red.) en Mick (Schumacher, red.) en zat in de buurt van Daniel (Ricciardo, red.). Ik genoot van het duel met Mick, maar deze race was voor geen van ons een hoogtepunt. Het was een lastige dag en we wisten dat vooruitgang boeken lastig zou zijn. Maar het is wat het is”, besluit Vettel.