Andrew Green, de technisch directeur van Aston Martin, verwacht dat de DRS met de nieuwe bolides niet meer zo hard nodig heeft als afgelopen jaren. Het zou dan zelfs zover kunnen gaan dat de Formule 1 het aantal DRS-zones vermindert: “Dat zou een goede zaak zijn.”

Het Drag Reduction System (DRS) werd in 2011 geïntroduceerd om de coureurs een handje te helpen bij het inhalen. De coureurs kunnen dan, mits zij binnen een seconde van hun voorligger rijden bij een detectiepunt, de beweegbare klep op de achtervleugel openen voor minder luchtweerstand en meer topsnelheid.

Lees ook: Aston Martin speelt open kaart en toont daadwerkelijke bolide voor 2022

Maar met de nieuwe regels, die ervoor moeten zorgen dat coureurs elkaar makkelijker kunnen volgen, zou de DRS wel eens overbodig kunnen worden. “Ik denk dat de DRS op zich net zo krachtig zal zijn”, zegt Andrew Green, de technisch directeur van Aston Martin. “Maar het is aan de FIA om te kijken naar de lay-outs en of het nodig is om de DRS-zones zo nodig aan te passen. Ik verwacht dat ze dat zullen doen. Als het gaat uitpakken zoals zij denken dat het zal uitpakken, met auto’s die elkaar makkelijker kunnen volgen, dan hebben ze niet zoveel hulp van de DRS nodig.”

Lees ook: Stroll: ‘Het is niet juist wat er in Abu Dhabi gebeurde’

“Mogelijk zien we op lange termijn het aantal DRS-zones verminderd worden en sommige zones worden dan zelfs weggehaald. Dat zou een goede zaak zijn”, besluit Green.

FORMULE 1 Magazine nr. 02 ligt nu in de winkel of is hier te bestellen!