In zijn column ‘Overstuur’ buigt Formule 1-romanticus en schrijver Koen Vergeer zich op voor hem typische wijze over wat hem tijdens, voor en na de raceweekends bezighoudt in de Formule 1. Ditmaal waren dat de budget cap, track limits en het eeuwige probleem van misdaad en straf in de Formule 1.

Bijna. Bijna, bijna, bijna begon ik het Lewis Hamilton te gunnen.

De overwinning lonkte zowaar. Ik gunde het zelfs Toto Wolff, omdat hij in Amerika eindelijk iets verstandigs zei over de slepende budget cap-affaire, cashgate. Toto vindt, geheel terecht, dat Red Bull, als het de regels overtreden heeft, een straf moet krijgen. Maar dat de wereldtitel van Max daarbij niet ter discussie mag staan.

Heel juist, Toto. Want al die zuigers van de laatste weken, je hoorde ze al rekenen. Van Zak Brown tot Binotto en zelfs Lewis Hamilton, ze roken bloed…  Strenge straffen moesten er komen! Want 1,8 miljoen dollar: daar werd je auto zomaar, pak hem beet, 0,3 seconden sneller van, aldus Binotto. Je vraagt je af waarom de Ferrari’s, pak ‘m beet, tien jaar geleden dan niet sneller reden dan het licht, met hun budget van 450 miljoen?

Strenge straffen, anders stelt die budget cap niks meer voor. In Engeland hebben ze het rekensommetje al klaar: voor iedere twee ton die er te veel is uitgegeven, wordt er één WK-punt in mindering gebracht… Gaat niet gebeuren natuurlijk, dat weet Toto Wolff ook. Daarom duurt het nu ook allemaal zo lang. Het is het eeuwige probleem van misdaad en straf in de Formule 1: je kunt de top-act in het circus nooit écht straffen, want dan verlies je je publiek. Zo ging het in het verleden met Ferrari, met McLaren en daarna nog een paar keer met Ferrari en zo zal het nu ook met Red Bull gaan.

Bijna, bijna… maar deze keer gunde ik het Mateschitz wat meer. En zo kwam er ineens een spannende, gave race uit de bus. Omdat Max door een haperende wheelgun meer dan tien seconden stilstond in de pits. Eindelijk schoven we weer naar puntje van onze stoel, toch?

Max aan het trappen. Achter zijn twee grootste rivalen aan. Eerst een lekker duel met Leclerc en daarna die monumentale inhaalactie op Hamilton. Lewis kreeg niet eens de tijd om zich te verweren.

Het ging allemaal zonder duw- en trekwerk, zonder discutabele lijnen of over het randje, dat mag volgend jaar wel weer anders. Alleen dat treurige gezeur over track limits. Toen gunde ik het Lewis niet meer. Maar ik weet nu wel de oplossing voor die budget cap-affaire. Een team dat te veel geld uitgegeven heeft, krijgt het jaar erop een handicap, laten we zeggen: per 1,8 miljoen één wheelgun minder. Deal.

Lees hier de eerdere Overstuur-columns van Koen Vergeer.