Nadat Amsterdam het idee van een stratenrace vorige maand definitief afkeurde, volgt Rotterdam het voorbeeld van de hoofdstad. Dat besloten de burgemeester en wethouders van de stad aan de Maas.

Robert Heilbron, voormalig organisator van de City Racing Rotterdam, meldde afgelopen maandag tegenover RTV Rijnmond dat een race door de straten van Rotterdam nog niet van de baan was. Volgens de ondernemer moest er eerst een haalbaarheidsonderzoek worden uitgevoerd, waar het Rotterdamse stadsbestuur over zou beslissen.

Christijan Albers scheurt in zijn Minardi Cosworth door de straten van Rotterdam, tijdens City Racing 2005.

Lees ook: Formule 1 in Zandvoort: haalbaar, niet tastbaar

Vandaag heeft het bestuur negatief gereageerd op het voorstel om een dat onderzoek te doen. Heilbron begrijpt het besluit, laat hij aan RTV Rijnmond weten. “Jammer, maar de stad heeft het recht om nee te zeggen. We hebben er alles aan gedaan om het te doen slagen. Maar ik snap het ook wel, de stad gaat voortdurend op de schop.”

De reden van de afkeuring moet in de ambities van de stad gezocht worden. Rotterdam streeft het imago van een duurzame stad na en een Formule 1-race past niet in dat plaatje. Bovendien heeft Nederland met Zandvoort en Assen reeds twee circuits  die de Formule 1 eventueel kunnen ontvangen.

Lees ook: Assen zet GP in 2019 uit gedachten: ‘Kijken vooral naar 2020 of 2021’

Met deze uitspraak is het lot van een stratenrace in een grote Nederlandse stad bezegeld. Sinds de populariteit van Max Verstappen grote vormen aannam, nam ook de interesse in een Nederlandse Grand Prix toe.

Verschillende afgevaardigden van de FIA hebben de mogelijke locaties bezocht en zouden positief zijn over de kansen. Nu een stratenrace definitief  niet doorgaat, is de enige overgebleven mogelijkheid voor een Nederlandse Grand Prix een permanent circuit. Die race gaat tussen Zandvoort en Assen.