Coureur worden stond nooit hoog op de wensenlijst van Yuki Tsunoda, tot het racevirus hem te pakken kreeg. Inmiddels is de Japanner uitgegroeid tot een van de populairste Formule 1-rijders op de grid: vanwege zijn lach, gevloek, kleine gestalte, hoge knuffelgehalte, onbevangenheid en authenticiteit. “Ik vloek minimaal één keer per minuut.” Daarnaast is Tsunoda geobsedeerd door eten en droomt hij nu al van een eigen restaurantketen.

Bij AlphaTauri, zijn werkgever, lopen ze met hem weg. Yuki Tsunoda (23) is altijd opgewekt, beleefd, in voor een grap. En het eten dat de Italiaanse chefs in het motorhome voor de Japanse coureur bereiden vindt hij hemels. “Ooit werd hem tijdens een interview gevraagd wat hij zo leuk vindt aan Formule 1. Max Verstappen antwoordde: in de auto rijden, Yuki antwoordde: het eten”, beweert oud-teammanager Graham Watson.

“Ik houd in het algemeen gewoon van eten”, licht Tsunoda in een vermakelijk één-op-één-gesprek onder de zon toe. “En niet alleen van Japans. Ik probeer graag het traditionele eten te proeven in de landen waar we allemaal komen.” Sinds 2021 woont Tsunoda in Italië, dicht bij AlphaTauri’s fabriek in Faenza. Een zegen, stelt hij. Want de Italiaanse keuken is een van zijn favoriete. “Ik ben nu dus op de juiste plek”, glundert de Japanner. Regelmatig kookt hij zelf, of bezoekt restaurants. En dan is er nog de makkelijke optie: aan huis laten bezorgen.

“Ik vind zelf koken leuk”, bekent Tsunoda. Deze hobby ontwikkelde hij spelenderwijs en ook enigszins noodgedwongen, nadat hij voor zijn raceloopbaan van Japan naar Europa was verhuisd. “Mijn eerste jaar in Europa woonde ik in Zwitserland, in Lausanne. Daar spreekt iedereen Frans, maar dat spreek ik niet. Daardoor had ik niet de moed om naar restaurants te gaan, omdat ik mijzelf nauwelijks verstaanbaar kon maken. Ik heb dus het hele jaar voor mijzelf gekookt: ontbijt, lunch en diner. Alles erop en eraan, 365 dagen lang. En vanaf dat moment ben ik koken echt leuk gaan vinden.”

(Tekst gaat verder onder de afbeelding)

Yuki Tsunoda met zijn favoriete bezigheid: eten. © Formula1.com

Thuisbezorgd

Veel tijd om uren achter de kookplaat te staan heeft hij tegenwoordig niet meer. Formule 1 slokt bijna al zijn tijd en aandacht op, ook buiten de Grands Prix. “Destijds tijdens de lockdown kookte ik nog vrij vaak, nu een stuk minder. Ik heb een druk schema, ik laat nu vaak thuis bezorgen. Volgens mij ben ik trouwens een beetje teveel gewend geraakt aan die levensstijl, haha. Toch probeer ik terug te keren naar mijn oude leventje en meer zelf te koken. Er is”, zo maakt hij met een weids gebaar duidelijk, “tegelijk met de wifi een mooie grote keuken in mijn huis geïnstalleerd. Weet je wat? Ik ga er gewoon weer mee beginnen.”

Tsunoda is uiteraard gewend aan Japans eten. “Als ik zelf eten maak, dan meestal Japans”, zo bevestigt hij. Een van zijn andere specialiteiten in wording, is Italiaans. Pasta’s en salade, hij smult ervan. “Italiaans eten is het lekkerst in een restaurant. Op de een of andere manier smaakt het daar altijd beter dan wanneer je het zelf maakt. Komt misschien door de ingrediënten die je gebruikt.” Maar hij heeft de smaak kennelijk wel te pakken. “Het is mijn droom een eigen restaurant te openen. Misschien wel meerdere”, verklapt Tsunoda. De naam? “Ristorante Yuki Tsunoda, haha! Maar”, zo voegt hij er direct aan toe, “het is voorlopig een droom. Ik denk nu alleen maar aan racen.”    

Oren dicht

Tsunoda is de eerste Japanse coureur in de Formule 1 sinds Kamui Kobayashi. Hij draagt de hoop van een ganse natie. In twee jaar stormde hij vanuit de Europese opstapklassen de Formule 1 binnen, iets waar hij nog zelf lang nooit aan had gedacht. Want Formule 1 stond nooit hoog op zijn wensenlijst. “Ik deed veel aan sport, basketbal, honkbal en voetbal, maar was niet heel erg in Formule 1 geïnteresseerd.”

“De Japanse GP van 2007 in Fuji was mijn eerste kennismaking met deze sport. Ik was er met mijn ouders, weet ook nog dat het heel nat was. Kimi Räikkönen, Lewis Hamilton en Fernando Alonso zag ik er rijden, legendes.” Tsunoda vond het leuk, meer ook niet. “Ik deed zo vaak als maar kon mijn oren dicht. Zelfs tijdens de race was ik nog met mijn ouders aan het discussiëren of we niet naar huis konden gaan, vanwege het geluid en het weer.”

“Ik heb er nu”, zo vervolgt Tsunoda, “wel spijt van dat ik destijds niet goed heb gekeken en geluisterd. Want hoe de auto’s er toen uitzagen en dat geluid: dat zie en hoor je nu niet meer. Ik was zeven jaar, niet de leeftijd dat ik me realiseerde dat ik deze sport zo leuk vond. Autorijden leek me wel leuk, maar eigenlijk ben ik daar nooit echt geïnteresseerd in geweest. Tot vorig jaar wist ik niet eens wat pk betekende. Als mensen me vroegen hoeveel pk er in de NSX of de Formule 1-auto zitten, zei ik: twee misschien? Ik wist het gewoon echt niet. Inmiddels weet ik dat het iets meer dan twee is, haha.”

‘Ik dacht dat een Formule 1-auto twee pk had’

De kunst om duizend pk’s achterin de auto te moeten beheersen, de snelheid en downforce: Tsunoda kan simpelweg niet meer zonder. “Deze Formule 1-auto’s zijn ongelofelijk”, beweert de Japanner. “Sensationeel om mee te rijden. Vooral de acceleratie met 1000 pk’s is heel speciaal. Ik vind het een heerlijk gevoel als ik de auto totaal onder controle heb en hij doet wat ik wil. Weet je, ik ben met de meeste dingen vrij snel verveeld. Maar achter het stuur in deze auto heb ik daar geen last van.”

Tsunoda liet de wereld in de afgelopen jaren ook een andere karaktertrek van hem ontdekken, het vloeken. De Japanner is er bedreven in, heeft een indrukwekkend repertoire.  “Dank je wel”, antwoordt Tsunoda gevat op de constatering. “Ik heb er ook veel op getraind. De laatste tijd heb ik geprobeerd wat minder ‘in de helm’ te vloeken. Nee, het team of Franz heeft me niet gezegd dat ik daarmee moet stoppen. Ik vloek”, zo verklaart hij, “nog steeds redelijk veel. Zeker als de boordradio uit staat.” Tsunoda beseft dat niet iedereen zijn taalgebruik kan waarderen. Maar als de adrenaline door je lijf giert, gebeurt het vanzelf. Het is wie hij is, stelt hij. “Over het algemeen vloek ik in dagelijks leven minimaal een keer per minuut.”

Dit artikel verscheen in een eerder nummer van Formule 1 Magazine.

Lees ook: Tijdschema GP Japan: zo laat beginnen alle sessies

Luister naar de laatste podcast van FORMULE 1 Paddockpraat