De overstap van Lewis Hamilton naar Ferrari wordt nu al de transfer van de eeuw genoemd. Naast de zevenvoudig wereldkampioen verkasten ook andere grote namen uit de sport ooit naar Ferrari. Onder meer deze vijf iconen ging hem voor.

LEES OOK: F1 in rep en roer: vormt Hamilton met Leclerc straks dreamteam bij Ferrari?

2015: Sebastian Vettel (Red Bull)

Sebastian Vettel besloot na vier wereldtitels met Red Bull zijn geluk te beproeven in Maranello. In 2015 maakte hij definitief de overstap, waarmee hij in de voetsporen trad van zijn idool tevens landgenoot Michael Schumacher. Dat felbegeerde kampioenschap in het rood kwam er nooit, ondanks veertien overwinningen met Ferrari. In 2018 kwam hij het dichtstbij, toen strandde de Duitser 46 punten achter kampioen Lewis Hamilton. 3 jaar later verruilde Vettel de scuderia voor Aston Martin.

2010: Fernando Alonso (Renault)

Fernando Alonso had in 2010 al twee wereldkampioenschappen op zijn naam staan met Renault, seizoen 2005 en 2006. De Spanjaard flirtte in 2009 al met Ferrari, de definitieve transfer kwam een jaar later. In zijn debuutjaar voor de Italianen greep Alonso net naast het wereldkampioenschap: Sebastian Vettel was hem met 4 punten de baas. In 2012 stevende hij nogmaals af op een titel, maar uiteindelijk waren het wederom Vettel en Red Bull die er met de winst vandoor gingen. Na wat onenigheid met teambaas Marco Mattiacci kwam Alonso’s Ferrari-avontuur in 2014 ten einde.

1996: Michael Schumacher (Benetton)

Kersvers wereldkampioen Michael Schumacher koos in 1996 voor een nieuwe uitdaging: na twee titels met Benetton wilde de Duitser zich laten gelden bij Ferrari. Met behulp van Schumacher viel de Italiaanse renstal steeds vaker in de punten. Samen met Eddie Irvine bezorgde hij het team in 1999 het constructeurskampioenschap, om in de jaren daarna vijf keer op rij de titel te pakken en zichzelf tot een van de grootste coureurs aller tijden te kronen. In 2002 kwam zijn dominantie tot een hoogtepunt, toen Schumacher met de F2002 in alle races op het podium eindigde. In 2006 zwaaide de Duitser af bij het team én de Formule 1.

1990: Alain Prost (McLaren)

Alain Prost had nét zijn derde wereldtitel binnen met McLaren toen hij in 1990 de Britten verruilde voor de scuderia. Ferrari lonkte en maakte van Prost meteen hun eerste coureur, ten koste van Nigel Mansell. In zijn debuutjaar moest Prost (ondanks 5 overwinningen) zijn meerdere erkennen in voormalig teamgenoot Ayrton Senna, het jaar daarna was het zijn Ferrari-bolide die te wensen over liet. In 1992 nam de Fransman een pauze van Formule 1 om daarna glansrijk terug te keren bij Williams en zijn vierde titel te verwezenlijken.

1956: Juan Manuel Fangio (Mercedes)

Voor de laatste Ferrari-transfer in dit lijstje moeten we terug naar de beginjaren van de Formule 1. Juan Manuel Fangio, de gevierde Argentijn die hoge ogen gooide in de jaren 50, had al drie titels gewonnen toen hij zich in 1956 bij Ferrari aansloot. Die transfer leverde hem meteen het kampioenschap op. In 1957 deed hij dat nog eens dunnetjes over met Maserati.

De wintereditie van Formule 1 Magazine al gezien? Bestel ‘m hier (met gratis bezorging!)