Mercedes-teambaas Toto Wolff wond zich er laatst nog maar eens over open: met de regelrevolutie voor 2022 doet de Formule 1 volgens hem al het mogelijke om zijn dominante team af te remmen. Red Bulls Max Verstappen ziet het echter anders. “Het is denk ik vooral om het makkelijker te maken elkaar te volgen en in te halen.”

Dat stelt Verstappen in gesprek met een select clubje Nederlandse media, waaronder FORMULE 1 Magazine. De regels gaan in 2022 flink op de schop, met de komst van nieuwe auto’s die een stuk minder downforce hebben, wat voor meer actie moet zorgen.

Lees ook: Gesprek met Jos en Max Verstappen: ‘Auto’s minder in 2022 maar hopelijk meer spanning’

“Ik denk dat de eigenaren (van de Formule 1, red.) voor de nieuwe regels ook vooral naar de teams en coureurs hebben geluisterd en naar onze klachten dat het zo moeilijk is dicht op elkaar te rijden en in te halen”, zegt Verstappen.

De Nederlander heeft ook wel een goed recent voorbeeld dat dit illustreert. “Op Imola reed Valtteri Bottas met een auto die door schade drie, vier of weet ik hoeveel tienden trager was, en nog kwam ik er niet voorbij.”

“Dat laat wel zien dat we moeten zorgen dat het racen spannender wordt, en dat de kwalificatie niet allesbepalend moet zijn. In de MotoGP zie je daarentegen namelijk dat je vanaf de tiende plek nog een race kan winnen. In de Formule 1 gebeurt dat bijna niet, omdat elkaar volgen dus zo moeilijk is.” Kortom: “Vandaar die nieuwe regelgeving, dat is niet iets tegen Mercedes”, besluit Verstappen.

Lees ook: Wacht Verstappen een jaar (of meer) van de lange adem? ‘Misschien in 2022 pas weer spannend’