McLaren heeft met Daniel Ricciardo een zevenvoudig racewinnaar binnengehaald die weet hoe het is om vooraan mee te strijden, maar de Aussie is daarmee nog niet de nummer één coureur van McLaren.

Dat benadrukt teambaas Andreas Seidl desgevraagd in gesprek met het Duitse RTL. “Nee, daar kan ik duidelijk over zijn: zolang ik teambaas ben, hebben wij geen ‘nummer één’. Ik geloof namelijk niet dat dit nodig of bevorderlijk is voor de dynamiek binnen het team.” Ricciardo heeft, vertelt Seidl, ook nooit om een dergelijke status gevraagd toen hij met McLaren om de tafel zat.

Lees ook: Ricciardo is voorlopig van de markt en verklapt: ‘Lig voor drie jaar vast bij McLaren’

Met Ricciardo en daarnaast Lando Norris als rijdersduo, is Seidl verder ‘zeer happy’. “Ik denk dat het een zeer sterk coureurskoppel is. Lando gaat zijn derde jaar met ons in – dus je kan hem haast een veteraan noemen!”, grapt de Duitser over de jonge Brit van pas 21. “Hij heeft zich de afgelopen twee jaar super ontwikkeld, en ik verwacht van hem dat hij dit seizoen een volgende stap zet.”

McLaren-CEO Zak Brown liet zich eerder nog ontvallen dat hij vuurwerk verwacht tussen Ricciardo en Norris en ook Seidl laat de twee ‘het graag op het circuit uitvechten’. Maar: “Het zijn allebei competitieve en aanvallende rijders, maar we hebben spelregels binnen het team. Ik verheug me op de strijd tussen Lando en Daniel, maar verwacht absoluut geen problemen.”

Lees ook: Ricciardo tevreden over eerste dag in de McLaren: ‘Alles verliep vlot’